Naar volgende pagina

De bek en tanden van de tamme rat

Als je naar de onderkant van de snuit, naar het bekje van de tamme rat kijkt, dan zie je dat de boven- en onderlip een driehoek vormen. De lippen sluiten het bekje niet geheel af. De bovenlip betreft een gespleten bovenlip. Dat is het streepje wat je ziet. Onderstuk van de onderlip, dat is de kin van de tamme rat. Rondom de bovenlip zie je allemaal rondjes. Dat zitten de haarzakjes van de snorharen.



Het gebit van de rat

In een menselijk gebit zitten acht snijtanden, twee in ieder kwadrant, en 16 of 20 kiezen, afhankelijk of je verstandskiezen hebt. De tamme rat heeft eveneens snijtanden en kiezen. De tamme rat heeft totaal vier snijtanden, twee boven en twee onder. De bovenste snijtanden zijn kort van lengte, ongeveer 4 mm lang en 1,5 mm breed, en de onderste snijtanden vrij lang van lengte, ongeveer 7 mm lang en 1,2 mm breed. De bovenste snijtanden gaan over de onderste snijtanden. Zoals de naam snijtanden al aangeeft, zijn het tanden met scherpe snijranden. Die heeft de rat nodig om voedsel te snijden in kleinere stukjes. Deze snijtanden groeien levenslang door. Deze snijtanden hebben aan de voorkant een harde glazuurlaag. Door de snijtanden tijdens het knagen over elkaar heen worden bewogen, slijten ze af en blijven ze scherp. Achter de snijtanden ligt de tong en aan weerszijde drie kiezen, totaal twaalf. Deze kiezen blijven heel het leven zitten en worden niet vervangen. Als je in het bekje kijkt, zal je de kiezen niet snel zien. Tussen de snijtanden en de kiezen zit namelijk een lege ruimte waar de wangen naar binnen plooien. Hierdoor zijn de kiezen niet goed te zien. En de kiezen worden op deze wijze beschermd. De ruimte tussen de snijtanden en de kiezen wordt diastema genoemd.

Bij de geboorte van de rat zijn de snijtanden nog niet aanwezig. Deze komen tussen dag 8 en 10 na de geboorte uit het tandvlees naar boven. De snijtanden van jonge ratjes zijn wit van kleur. Bij een leeftijd van ongeveer 25 dagen zijn de snijtanden van voorkant lichtgeel van kleur. De snijtanden van volwassen exemplaren zijn donkergeel van kleur. De bovenste snijtanden zijn vaker wat donkerder van kleur dan de onder snijtanden. De onderste snijtanden zijn vrij flexibel en kunnen van elkaar los bewegen. In rustvorm komen de uiteinden bij elkaar. De groeisnelheid van de snijtanden is vrij snel. De bovenste snijtanden van een volwassen rat groeit met ongeveer 2,2 mm per week. De onderste snijtanden groeien ongeveer met 2,8 mm per week. De gehele tand is dus nooit ouder dan 40 tot 50 dagen. Deze snelheid van groeien zorgt er ook voor dat gaatjes nauwelijks voorkomen. In bepaalde situaties kan de snijtanden sneller groeien. Bijvoorbeeld als de snijtanden bijgeslepen of geknipt zijn. Dan kunnen ze 1 mm per dag groeien. Maar ook als de rat de neiging heeft om harde stoffen te knagen. Daardoor slijten de snijtanden sneller weg. En door de snellere groei wordt dit gecompenseerd.

Van groot belang is dat de bovenste snijtanden in verhouding goed zijn ten opzichte van de onderste snijtanden. Wanneer de bovenste snijtanden te lang zijn, zal de onderste snijtanden sneller afslijten. Er ontstaat een vicieuze cirkel. Want doordat de onderste snijtanden daardoor te kort zijn, slijten de bovenste snijtanden niet goed af waardoor deze krullend richting de binnenkant van het bekje groeien. In zo'n situatie moet je naar de dierenarts gaan en de snijtanden laten slijpen. Het knippen van snijtanden gaat niet te precies en bij het knippen komt veel kracht op de snijtanden te staan.



Tandenknarsen

Ratten kunnen met hun snijtanden knarsen. Knarsen kan verschillende reden hebben zoals dat hij niet tevreden is of juist aan te geven dat hij wel tevreden is. Of dat hij terug wil naar zijn kooi om te plassen. Maar knarsen van tanden kan ook betekenen dat hij pijn heeft, kwaad is of angstig is. Als je het knarsen hoort, moet je even stil staan wat ervoor gebeurd is of wat de situatie is om het knarsen te interpreteren.

Speekselklieren

In de bek van de rat zitten speekselklieren. Deze klieren maken een vloeistof aan dat speeksel heet. Speeksel heeft verschillende taken namelijk om de inhoud van de mondholte vochtig te maken, te smeren en begin te maken met de spijsvertering van het gekauwde voedsel. Speeksel bestaat uit water, elektrolyten, slijm, verschillende enzymen, eiwitten en antistoffen. Deze speekselenzymen breken zetmeel af en zetten het om in glucose. Bovendien werkt speeksel als glijmiddel zodat de voedselbrokken soepel door de slokdarm naar de maag glijden. Daarnaast bevat speeksel een eiwit dat bescherming biedt tegen tandbederf. Wanneer er problemen zijn met de speekselklieren kan er toch tandbederf ontstaan en daardoor kunnen de snijtanden zachter van structuur worden. Er kan dan een snellere slijtage van de snijtanden ontstaan. In sommige gevallen kan zelfs 'spontaan' afbreken. Gelukkig komt dit zelden voor.

Speeksel bevat het eiwit histatine. Dit helpt wondjes in de mondholte te genezen. De rat die een wondje heeft, likt voortdurend over zijn wondje. Dit verzacht de pijn en houdt de wond schoon. Maar door dit eiwit bevordert het ook de wondgenezing.

De tong

De tong is een beweeglijk orgaan in de bek en bestaat voornamelijk uit spieren. De tong speelt een belangrijke rol bij het kauwen, slikken, de smaakgewaarwording en het reinigen van het gebit. De rat gebruikt zijn tong ook voor de uiterlijke verzorging.

Op de tong zitten smaakcellen. Deze reageren op zoete, zure, zoute en bittere smaakstoffen, maar ook op hartig (umami) en vet. Wetenschappelijk is aangetoond dat ratten vetzuren "proeven". In combinatie met reuk en het voelen van structuur kunnen zij onderscheid hierin maken. Smaakcellen zijn bijzondere cellen. Ze vernieuwen namelijk om de tien tot veertien dagen.

Bronnen:
- http://www.ratbehavior.org/Teeth.htm
- http://www.kennislink.nl/publicaties/speeksel
- De genezende werking van speeksel
- Trouw, de zesde smaak